10 mei 1981
Maria, doordat Gij Onze Moeder zijt geworden weten wij ook, dat U ons altijd begrijpt. Dat U niet alleen problemen kent, maar ook voor ons ten beste zult spreken bij de Hemelse Vader.
Tijdens de doodstrijd van Jezus Uwen Zoon, heeft Hij toch nog – alhoewel wij schuldig waren aan Zijn Lijden en Sterven – ons niet alleen de Verlossing gebracht, doch ook U, Die toch Zijn eigen Moeder was, aan ons toegekend.
Wij zullen Hem hiervoor altijd dankbaar blijven, maar ook U Lieve Moeder zullen wij steeds die liefde geven, welke een kind zijn moeder schuldig is.
Wanneer wij proberen af te dwalen van de weg die Gij ons zijt voorgegaan, help ons dan deze terug te vinden, zodat al ons doen en laten gericht zal zijn op Jezus Uwen Zoon.
Wanneer wij niet meer kunnen denken, noch spreken, vergun ons dan, al is het moeizaam, dat wij dat éne woordje “Moeder” over onze lippen kunnen brengen, zodat U ons steeds aanhoort en verhoort.
Lieve Moeder, red ons en al die Uw kinderen zijn, voor de ondergang van de eeuwige verdoemenis.
Laat ons eraan herinneren, dat elke dag Uw Moederschap over ons komt, zodat wij nu en altijd mogen zeggen :
“Redt ons Moeder voordat wij vergaan!”
Als de dageraad ten einde is, leg ons dan telkens ter ruste aan Uw Moederhart, zodat wij ons veilig weten eerdat de nacht aanbreekt.
En wanneer wij U roepen Moeder, hoor ons dan aan!
Zo zal Moederdag ons altijd aan U binden en geve de Goede God, dat wij met U gelukkig mogen zijn.
Moeder van Jezus en Bruid van Vader Jozef, bidt voor ons en al Uw kinderen!
Amen !