4 mei 1989 – 14.15 Hemelvaartsdag

Kinderen zijt gij allen ook bezield met het geloof, dat Ik hier kom en deze Plaats gekozen heb om U toe te spreken ?
Ook al zoudt gij de moedertaal van dit land niet kennen, danwel moeilijk verstaan, zijn Deze Woorden toch ook voor U bedoeld.
In het land waar Ik afdaal zal Ik alleen die taal spreken welke dà à r gebruikelijk is voor hen die er verblijven.
Na Zijn Verrijzenis verscheen Jezus meermalen aan Zijn Apostelen, maar ook Hij kwam onverwacht evenals Uw aller Moeder en bleef niet lang in hun midden.
Gij zijt meer bevoorrecht dan de Apostelen waren, want in Het Allerheiligste Sacrament verlaat Zijne Verheerlijkte Mensheid U nimmer en Zijn Verborgen Tegenwoordigheid schenkt een niet minder grote zaligheid aan de zielen.
Wordt gij door menselijke oogmerken geleid bij de vervulling Uwer plichten, bij de beoefening Uwer bediening, bij Uw bezigheden en bezoeken ? Of is het de Genade wier aandrang gij volgt in Uw levensgedrag ?
Aan welke zijde hebt gij Uw net geworpen, aan de zijde des Hemels of aan die der aarde ?
Gaan de tijdelijke belangen U niet boven de eeuwige ?
Leeft gij als balling die den terugkeer naar zijn vaderland afwachtend, zich door niets laat binden aan de plaats, waar hij tijdelijk genoodzaakt is te verblijven ?
Hebt gij Uw net geworpen aan de zijde des Kruises en van Het Tabernakel of aan de zijde van allerlei wereldse vermaken ?
In welke geest neemt gij Uwen arbeid en Uw lijden op ?
Met welke liefde nadert gij tot Het Altaar ?
Gaan de versterving en de afzondering U boven de zinnelijke genietingen en is het, zonder te zoeken aan mensen te behagen, Uw enig verlangen voortgang te maken in de deugd en steeds inniger met Jezus Christus verenigd te worden ?
Geef nauwkeurig acht waar Gods Heilige Wil U heentrekt en richt daarheen Uw wil en begeerten. Wat al gunsten en genade, voor U bestemd, werden aan anderen gegeven, omdat gij deze liet varen.
De tijdelijke voorspoed laat het hart ledig, omdat de grondslagen van het ware geluk er aan ontbreken.
Slechts hij is gelukkig die zijn wil richt naar Gods Heilige Wet. Deze wet is voor U de liefde tot Jezus, die in beoefening wordt gebracht door het onderhouden Zijner Geboden.
Buig Uwen wil, daarin is voor U het ware geluk te vinden.
Denk niet, dat gij alleen zijt, want de verlatenheid welke gij van den kant der mensen te verduren hebt, deelt Jezus met U.
Te allen tijde kunt gij Hem Uw nood klagen, aan Zijn Hart wenen en troost bij Hem vinden. Het zoetste voorrecht ener tedere liefde is vertrouwen te vorderen van hem, die men liefheeft.
Zijt gij niet geheel zuiver in opzicht tegenover Uwen medemens dan hebt gij geen liefde voor Uwen God en Zaligmaker.
Ga U verzoenen met hem en vraag vergeving voor wat U misschien misdeed.
Kinderen bidt voor dit land, dat Nederland heet, zodat het niet nedervalt voor de duivelse machten.
Zegenen zal Ik U met de Priester in de geest. Gegroet gij allen !

Aanmelden voor de nieuwsbrief