3 februari 1986 – 15.00

Kinderen gij zijt gekomen om te getuigen van uw liefde voor Mij.
Gij zocht de plaats op waar Jezus opnieuw Zijn H.Bloed heeft laten vloeien uit liefde voor u.
Alle schuld is door Hem uitgeboet en daarmede ook uitgewist en weggenomen. In Hem bezit gij allen de verlossing door Zijn Bloed, de vergiffenis der zonden, naar de rijkdom van Zijn Genade.
Het Bloed van Jezus, Mijn Zoon, reinigt u van alle zonden.
Dat verandert dus de gehele situatie van de schuldige mens. Niet alleen op de erfzonde heeft Jezus’ Bloed betrekking, maar op alle zonden, grote en kleine, op openbare en verborgen zonden. Hij wist uit wat u kwelt. Door Zijn Liefde heeft Hij een vergevend Hart voor alles. Hij kan slechts aan ding nog van u wensen : dat gij gelooft en vertrouwt.
Hij kwam niet om uw bloed te vergieten, maar om u door Zijn Eigen Bloed te verlossen. Dat is dus het resultaat, dat Hij van u verhoopt na het storten van Zijn Bloed en na het Offer van Zijn Leven, dat gij vertrouwt. God bewijst Zijn Liefde voor u, doordat Christus voor u is gestorven toen gij nog zondaars waart.
Hoeveel te meer dus zult gij thans door Hem voor de toorn worden gered, nu gij gerechtvaardigd zijt door Zijn Bloed. Gij moogt dus nu niet in wanhoop of in wantrouwen aarzelend omzien; als God het u zegt door de Mond van Uw Moeder is dit de waarheid en ligt de redding en de heiligheid in het vertrouwen op Jezus’ Offer, het Offer van Zijn Bloed. Hij geeft u overvloedig kans van Zijn Mildheid te genieten en gered te worden.
Zo ziet u weer, dat Ik niet gezonden werd naar u om bedreigingen uit te voeren. Wel dient u erop gewezen te worden, dat uw taak voortdurend geheiligd dient te worden door Gods Genade en uw zuivere mening.
Het kan u soms toeschijnen alsof gij u voor de gemeenschap moet offeren. Het is mogelijk en het komt vaak voor. Maar bedenk dan wel hoeveel gijzelf van de gemeenschap hebt ontvangen en nog blijft ontvangen. Er zijn maar weinig invloeden die zo sterk en zo normaal-sanerend voor de menselijke psyche zijn als de omgang met anderen.
Juist de omgang met anderen leert initiatief nemen om te helpen of iets goeds tot stand te brengen voor de gemeenschap; hij dwingt u haast zelf bouwsteen te laten zijn in het grote geheel.
Zo heeft God het gewild in de natuur van de mens, zo heeft Christus het gewenst bij de inrichtng van Zijn Kerk.
Gij zijt onderling van elkaar afhankelijk. Gij hebt een taak te vervullen in de gemeenschap, het mag zelfs roeping heten.
Want of gij Priester zijt of religieus, vader, moeder of het kind, broeder of zuster van elkander, gij zijt gekozen en bestemd om aan uw medemensen veel goed te doen. En hierbij staat gij voortdurend onder de werking en de invloed van de H.Geest, zonder wie gij niets goeds tot stand kunt brengen.
Niemand kan zeggen : “Heer Jezus”, dan door de Heilige Geest.
Er is verscheidenheid van genadegaven, maar er is slechts aan Geest.
Het is de bedoeling van de H.Geest, dat Jezus steeds meer in u leeft en werkt.
Die eenheid tussen Jezus en u veronderstelt een groot geloof, maar ze wordt tot stand gebracht door de liefde. Hem hebt gij lief, ofschoon gij Hem niet hebt gezien. Verheugt u dus met onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde, dat Hij u vergiffenis schenkt door het Absolvo van de Priester. Hij kan u van alle straffen bevrijden en Hij zal u zegenen op hetzelfde ogenblik als Ik u allen in Mijn Armen sluit.
Dag kinderen !

Aanmelden voor de nieuwsbrief