Mijn kinderen, Ik zal Mij bij Mijn Zoon voegen. Hij is nu bij jullie in alle harten, die Hem met liefde ontvangen hebben.
Ik ben hier gekomen als de Ster, de Morgenster, van de gehele aarde, de Deur van de Hemel, die Ik voor u allen zal openen, die het Licht hebben uitgedragen, die het Licht van zichzelve hebben uitgestraald.
Mijn kind, gij had er geen weet van, dat ge Mij zien mocht, doch door de grote opkomst van Mijn kinderen heb Ik dit voorrecht verleend om in uw midden te Verschijnen.
Elisabeth: Maria wat bent U mooi. Ik kan het maar steeds niet begrijpen waarom dit mij gegeven is. Ik heb het niet verdiend.
Mijn kind, wie zou dat wel verdienen?
Straks, wanneer eenieder gezuiverd is, zal elkeen gegeven worden om door het Licht niet alleen Mij, maar ook de H.Drieeenheid te zien. Maar eerstens zal dan elkeen de Genade verleend worden om Mijn Zoon hier op aarde waardig te ontvangen.
Dan zal elkeen worden overstraald door het Licht van de H.Geest, doch echt alleen zij, die het geloof bewaard hebben, die de hoop hebben gevestigd op Zijn Wederkomst en die de liefde hebben uitgedragen om de evennaasten te beminnen.
Zij, die hun evennaasten lief zullen hebben, hebben de Here lief. Hem komt alle eer en liefde toe.
Wanneer de tijd er is zullen ook wederom velen hier bij elkaar zijn. Maar wanneer die tijd er is, kan Ik nog geen mededeling over doen.
Weet echter wel, dat de meesten Mij zullen aanschouwd hebben, eer dat Mijn Zoon hier zal neerkomen.
Zeg nu tegen Mijn kinderen, dat Ik hen nu zal Zegenen.
Dit gebaar ziet gij nu Mijn kind. Daarom strek Ik dan ook naar elk Mijn Handen Zegenend uit.
Gij zult zien, dat Ik elk van deze kinderen met Mijn Ogen zal aanschouwen en dat Ik naar hen opzie door hun grote devotie die zij hebben, vooral nu in Mijn Tegenwoordigheid.
Door de Liefde van God de Vader en de Grootheid aan Barmhartigheid van Mijn Zoon en door de uitstraling van het Licht van de Heilige Geest, zal Ik u Mijn Zegen geven.
Zeg tot allen, dat Ik hen groet en dank.