Kinderen, ook vandaag wil Ik Mij wederom tot allen richten.
Ik neem aan, dat velen onder u aan de internationale bidweek bijzondere aandacht hebben geschonken.
Alhoewel er in vele kerken niet of weinig gesproken, noch gebeden wordt voor deze noden, blijft de kracht van het gebed van 18 tot 25 januari de eensgezindheid vormen welke opwekt tot bezielen.
Waar eensgezindheid heerst daar is de liefde en waar bemind wordt daar is de God van Liefde te voelen.
De Heilige Communie, die het op het Altaar voortgezette Offer des Kruises besluit, is een aanduiding, dat dit Onbloedig Geheim beweegredenen bevat om uit liefde tot Jezus Christus te lijden en zelfs vrijwillig te lijden. Deze altoos, door zich opofferende liefde, vordert wederkerig het offer der mensen.
Jezus heeft geleden, “omdat Hij het gewild heeft”, maar Hij behoefde het niet te willen.
Het leven is vol smarten, welk een dwaasheid daarover te morren en geen verdiensten te trekken uit iets wat een onverbiddelijke noodzakelijkheid is.
De ware liefde leidt tot een volkomen vereniging.
Indien gij Jezus Christus in de mensen waarlijk liefhebt, zult gij u niet tevreden kunnen stellen als ge niet luistert naar wijze raad van goede bedoelingen.
Hoe kunt u zeggen : “Heer ik heb U lief” !, als u uw medemens beledigt door een gesprek met hem liefdeloos te beeindigen.
De eigenliefde wekt het verlangen op in de mens naar eer en lofprijzing en de ijdelheid die hem zonder moeite overtuigt, dat hij iets meer betekent dan anderen.
Alles komt in opstand wanneer de mens een berisping wordt toegediend. Hij wordt neerslachtig als de omstandigheden door eigen zwakheid hem beneden anderen stelt.
Wees echter niet bevreesd voor Uwen Goddelijken Verlosser, zelfs niet na uw zonden. Een te grote vrees hindert het gebed, dat de ziel is van uwen omgang met Hem. Zij vernauwt het hart in dezelfde mate als het vertrouwen het verruimt.
De bevreesde ziel bidt niet, hoe zou zij kunnen beminnen ?
Werk met de genade mee.
Bestrijdt de boze neigingen der zinnelijke natuur. Laat u geheel vervoeren door het Heilig Liefdevuur, dat het Hart van Jezus verteert; het zal uw gedachten zuiveren, uw hart ontvlammen en aan uw handelingen, door de inwerking der Godheid, die, naar het woord van Paulus, na de Heilige Communie lichamelijk in u woont, een hogere wijding geven.
Wanneer u bedenkt, dat gij door de H.Communie God kunt beminnen met dezelfde liefde waarmede Jezus Christus Zijn Vader bemint en Hem dezelfde gevoelens als Hij kan toedragen, zult u dan nog aarzelen u deze liefde eigen te maken ?
De liefde is het leven der ziel. Gij leeft als gij God bemint.
Jezus heeft Zich echter zonder voorbehoud aan Zijn Vader opgeofferd.
Want het kennen van God, het beminnen van God en het zich toewijden aan Hem volgt onmiddelijk op elkander.
Hij heeft deze akten verricht van het eerste ogenblik Zijner Menswording in den Schoot van Zijn Moeder, niet alleen voor Zichzelf, maar ook voor u.
God beminnen wil dus zeggen, Hem onverwijld en met vreugde alles geven wat Zijne Liefde vraagt en wensen, dat zij nog meer moge vragen.
Hebt gij Jezus lief dan bemint u ook uw evennaasten.
Bidt als gij enigszins kunt elke dag het Rozenkransgebed.
Bidt om vrede in de wereld.
Bidt voor hen die om hun heilig Geloof gemarteld worden en door hongersnood de dood vinden.
Bidt de Heer der Oogst, dat Hij arbeiders zendt voor Zijn Wijngaard.
Vraag Hem om Heilige Priesters, om goede en vele klooster-roepingen, om mensen met standvastig geloof voor al het goede wat Uw Moeder de Heilige Kerk hen biedt.
Kinderen Ik heb nog aan vraag aan u.
“Wanneer u niet meer gelooft, dat Ik als de Turris Davidica verschijn, behoudt het dan voor uzelve en laat alles dan, wat u voor negatief houdt, in je hart gesloten, want dan zal uw kloppende lichaamsdeel het ritme blijven vormen waarvoor het zijn functie heeft verkregen”.
Kinderen, plaats Mijn Beeld in uw woning en zie op naar Het Licht van Haar Toren, dan zult gij u geborgen weten om tot God te komen.
Gaarne wil Ik u danken voor uw komst naar deze plaats, voor uw bloemen en uw gaven om Mijn Hofke tot nog grotere bloei te brengen.
Kniel neer voor de Priester die u zegenen zal in + Jezus’ Naam en Zij Die gij Moeder noemt, zal u in Haar Armen sluiten om samen te mogen bidden tot Hem Die u de redding bracht.
Ik groet u allen !