20 juni 1990 – 14.36

Mijn trouwe kinderen !
Vandaag Wil Ik U allereerst Mijn Dankbetuiging brengen daar gij overal voor Mij opkomt, dat Ik hier werkelijk den titel voer als de Toren van David. Het verheugt Mij dat U degenen tegenspreekt, maar doet het dan tactisch. Harde woorden moet U echter niet gebruiken als Uw goed bedoelde uitspraak, honend belasterd wordt.
De Liefde Mijns Harte is een vuur, dat, terwijl het van alle onreinheid zuivert, U behulpzaam zal wezen om Uw onvervreemdbare rechten op Uw getrouwheid door Uw werken luide te verkondigen.
Ik zal Uw zwakheden ondersteunen, Uw smarten stillen en al Uw smarten aan Mijn Hart leggen, dat U Bemint en Begrijpt.
“Komt en ziet”! Deze minzame uitnodiging heeft Het Hart van Jezus ook tot U Gericht, zonder te wachten of gij Hem zoudt zoeken.
Hoe beantwoordt uw hart er aan? Uw lot zal Mij aantrekken en in dezen of dien ziekte, wiens bestaan niet maar is dan een schaduw van het leven, zult gij den tempel zien, waarin Jezus wil aanbeden worden.
Nooit klonk dit Woord machtiger tot de mensheid dan van Het Kruis, nooit lieflijker dan uit Het Tabernakel. Aanbidt den Heer, onzichtbaar in u tegenwoordig. Niets ontgaat Hem; geen zucht uws harten, geen gedachte, niet aan enkele blik.
Laat ook gij Jezus alleen onbeperkte Heerschappij voeren over uw ziel. Berust gaarne in alles wat Hij zal doen.
Zeg Hem, dat het u niet mogelijk zou zijn te leven zonder Zijn Liefde en zonder Zijn Genade. Bidt Hem, dat Zijn Tegenwoordigheid uw enige vreugd, Zijn afwezigheid uw enige droefheid zij.
De deugd is een aanhoudend streven naar de vervulling zijner plichten. Niets is de Heer aangenamer dan den vaste wil daartoe te bezitten.
Onderzoek u eens ernstig of gij deze wil hebt. Is uw deugd een waarachtige? Hebt gij ze door trouwe plichtsvervulling aangekweekt, ze door aanhoudende krachtsinspanning bevestigd?
Verplicht gij uit zuivere oogmerken de beoefening der deugd, de vrijwillige fouten vermijden en die, welke gij begaan hebt zoveel mogelijk trachten te herstellen?
De woonstede, door Hem uitgekozen, is armoedig klein en vol onvolmaaktheden, doch Hij ziet slechts op de goede mening en op het verlangen dat gij hebt tot Zijn Eer meer waardig te maken.
Wanneer dit hart de strengheden der Goddelijke Tuchtroede met onderworpenheid verdraagt, dan ondervindt het enige tijd later de zoetste vertroostingen.
Wie van U heeft te midden ener bittere smart Dien verborgen Verborgen Troost, Die God er in uitstort, zelfs dan als alle troost geweken schijnt.
In een tijd van bevroeding ziet in U met welgevallen een grotere gelijkvormigheid met den Gekruiste Verlosser en tevens de aanvulling van wat overblijft van Christus’ Verdrukking, dit is wat aan Christus nog te lijden overblijft, niet in Zijn Persoon maar in de leden van Zijn Geheimzinnig Lichaam.
Kinderen, bidt voor hen die hun trouw aan het Priesterambt niet waardig zijn. Zij hebben het zwaar, want de plichten van Priester zijn moet een heilige deugd inhouden.
Ik geef de Zegen. Gedenk hen in Uw gebeden, dan zal God Zijn Liefde aan U gaarne geven.
Ave !

Aanmelden voor de nieuwsbrief