1 juli 1984 – 14.15

Mijn kinderen, zie op naar het kruis en aanschouw met mededogen de wrede dood, die Jezus voor u moest ondergaan.
Ziet naar Zijn Bloed wat over Zijn Heilig Lichaam stroomt. Hij wordt geheel uitgeperst, want niets mag als mens nog aan Hem herinneren. Alles wat er nog overblijft aan Bloed en aan Tranen zal de aarde opslokken. Hij is niet geliefd bij de menigte – daarom wordt Hij gedood.
Ik spreek hier niet van een verleden tijd, maar over het lijden wat Hem overal nog dagelijks wordt aangedaan. Het was niet genoeg wat deze Goddelijke Liefde voor de mensen deed.
Voor hunne zaligheid heeft Hij geboet, dus ook voor de uwen.
En evenals gij Hem aan het Kruis ziet hangen, laat Hij Zich nog dagelijks, elk uur, iedere minuut, ja alle secondens, Zijn H.Lichaam slachtofferen voor de zonden van de gehele wereld.
Het Bloed druipt van alle kanten, totdat er een uitgedroogd Lichaam overblijft. Het lijden, dat ook Zijn Moeder onder het Kruis verduurde, was in Gods Oog niet te groot voor den troost die Zij ondervond van in de smarten van Haar Zoon te mogen delen.
Wat zal het betekenen voor een vrouw die haar kindje, wat zij evenwel niet kent, doch wel voelt, zo maar uit haren schoot laat trekken, omdat het ongewenst is. Deze oogjes zullen haar overal blijven volgen en met zijn kleine verstand daarbij zeggen : “Moeder hoe hebt ge dit kunnen doen ?”
Waarom hebt ge mijn vrucht niet laten ontplooien ?
Wij vormden toch samen een nauw verband. In jouw lichaam voelde ik die warmte, die alleen liefde geven kan. Waarom hebt ge deze alleen voor jezelf behouden ?
In jouw lichaam wilde ik leven om de weg te vinden die voor me lag.
Maar nimmer mocht ik de straten zien waarin ik dacht te spelen. Nimmer hebt ge mij de kans geboden om jou bij uw naam te noemen, maar toch zult gij ze nu moeten horen, als ik roep : “Moeder, wat hebt gij met mij gedaan ?” Moest Christus ook boeten voor jouw zonden ? Hebt ge mijn bloed gezien toen ik van jou werd afgestoten? Wat ging er om in jou, toen ge mij in handen gaf van de moordenaar? Hebt ge mijn angstkreet niet vernomen, toen mijn zwakke lichaampje uit elkaar werd gerukt ? Hebt ge mijn schreien dan niet gehoord ? Of hield gij krampachtig het oor gesloten, omdat ge mijn kreet niet wilde vernemen ?…..
De blik op den Gekruisigden Verlosser spreekt u van niets anders meer dan van lijden.
De gevoeligste smart van Jezus gedurende Zijn Lijden was de volkomen verlatenheid, welke Hij van den kant van Zijn Hemelsen Vader en van die der mensen ondervond.
Hij openbaarde ze dan ook door een luiden kreet : “Mijn God, Mijn God, waarom hebt Ge Mij verlaten ?”
Hij vraagt Zijn Vader naar de oorzaak dezer bittere verlatenheid.
Zou Uwen Goddelijke Verlosser vanuit het Tabernakel niet een bijna soortgelijke klacht kunnen doen horen ?
Ook voor een ongeborene is en blijft het de gevoeligste smart om verlaten te zijn van mensen die zijn ouders waren.
Bidt voor de velen die nog afgeslacht zullen worden.
Bidt voor de moordenaars, dat zij van hun bezetenheid om beestachtig te handelen verlost zullen worden.
Bidt voor de moeder, maar ook voor de vader van deze ongeborene, hun kind.
Vraag God om genade voor de meest verlaten zielen in het vagevuur.
Bidt voor de Priester die het moeilijk heeft en vraag God om vrede en eenheid voor Zijn Kerk.
Vanuit een vurig gebed zal een zegenrijke genade over u neerkomen en deze zal de bron zijn van zegen die Mijn Priesterzoon u geeft en Mijn Handen zullen zijn gebaar volgen.
De eer hieraan is alleen God !

Aanmelden voor de nieuwsbrief