Mijn kinderen, daar u geen gelegenheid kon worden geboden om hier aanwezig te zijn tijdens de plechtige intronisatie van Mijn Beeltenis als Turris Davidica, wil Ik u heden niet onthouden u met een bezoek te vereren. Ik weet, dat u allen gekomen zijt om te zien hoe uw Moeder Zich in deze Beeltenis aan u voorstelt.
Enigszins kunt gij u nu indenken hoe Mijn bevoorrechten Mij zien kunnen. Maar ook gij allen behoort tot hen die Mijn bevoorrechte kinderen genoemd mogen worden. Want hoevelen blijven nog verstoken van het geluk Mij als Moeder van alle mensen te kennen ? Zelfs voor de Onbevlekte Maagd is er voor velen geen plaats in hun harten, daar zij het voorrecht Mij te kennen nimmer hebben meegekregen van hun ouders.
Wat hebt gij u dan nog te beklagen als gij behoort bij hen, die voor het Christelijk geloof geroepen zijn ? Meerdere malen hebt gij een pelgrimsreis ondernomen, hetzij elders of hier, maar steeds hebt gij na deze dagen met veel vreugde hieraan teruggedacht. Gij hebt u al voorgenomen na het vernemen van Mijn laatste Boodschap, dat gij het van nu af aan beter zult gaan doen. En ook, zoals Mijn Priesterzoon u voorhield, dat Ik gevraagd zou hebben aan Bernadette te Lourdes: Bidt vaak het Rozenkransgebed, met boete, boete, boete !
Dit is een krachtig middel om satan van u af te weren.
Want wanneer gij Mij deze krans van rozen aanbiedt vreest hij u nog te strikken op dat ogenblik. Blijf daarom, wanneer het mogelijk is, het Rozenkransgebed de Vader aanreiken om zo God te loven en te prijzen.
Want als gij de Weesgegroeten herhaalt wordt de Vader door u eraan herinnerd, dat gij weet door het bidden van dezen, het gebed bidt wat de H.Engel Gabriel Mij toesprak voor Ik ontvangen mocht van de H.Geest. Kom dan steeds bij Mij om raad, door deze gebeden telkens te herhalen. Want ook de H.Vader de Paus bidt dit Rozenkransgebed voor aan de gehele wereld, welk gij telkenmale volgen kunt. Bidt vooral veel voor goede nieuwe roepingen, die, welke zich voor willen bereiden tot het Heilig Priesterschap !
Maar bidt ook voor hen die reeds dit Heilig Sacrament ontvangen en aanvaard hebben, opdat zij standvastig zullen blijven waaraan zij zich hebben gegeven. “Voor eeuwig zijt Gij Priester ” luidde het woord voor deze Zonen van de Kerk van Christus. Doch hoevelen hebben het niet kunnen vervolmaken, omdat zij door de verlokkingen der wereld overrompeld werden. Alhoewel er toch van deze Godgewijden gaarne terug zouden keren tot dit Heilig Ambt, kunnen en durven zij vaak de moed niet op te brengen om hun schuld aan de mensen te belijden. Vandaar hebben zij uw gebed bitter hard nodig. Al zal de Kerk nimmer zonder Priesters zijn, voor de toekomst is het toch nodig, dat meerderen zich dan voorheen aanmelden tot het Priesterschap. De gezalfden des Heren die nog behoren tot een kleine groep, zullen mede door uw gebeden, gesterkt worden om tot het einde van hun leven te volharden.
Laat hen daarom niet alleen staan en steun door uw smeken aan de Heer, de Opperherder Paus Joannes Paulus. Dan zal opnieuw de mens tot inkeer komen en weten, dat mede door uw toedoen hen deze genade te beurt viel.
Vraag nu daarom of de Zoon, die Zich mag noemen een waardig Priester, of hij met Mij de zegen wil uitspreken ! Zeg hem, te vragen aan de aanwezigen, om nu te knielen. Ik wacht op u allen !
Mogen wij dan tesamen u zegenen door de kracht van de Almachtige God, Vader, Zoon en H.Geest. Want zonder deze Goddelijke Drieeenheid kan niemand de zegen uitspreken.
Nu strek Ik over allen Mijn Handen uit en groet en dank allen !
Toch willen Wij u vragen om het Magnificat te zingen met het Christus Vincit, zodat het geheel tot zijn recht komt voor Hem, Die deze eer vermag.
Dag kinderen !
Ik zal u blijven steunen door al Mijn Moederliefde.
Ik zeg u dan : Ga en leef in vrede met elkander !