12 augustus 1982 – 14.30

Mijn kinderen wees blij ! En verheugt U daar God U ook de kans geeft om te kunnen worden opgenomen in Zijn Glorie.
Ik vraag U daarom veel te bidden om deze genade te kunnen bekomen.
God let niet op de mens hoe of hij gekleed gaat noch op zijn uiterlijk, maar het binnenste van dat hart zal Hij nimmer uit het oog verliezen.
Wee degene, die zijn medebroeder nawijst als hij in zijn ogen er niet behoorlijk uitziet, als wat men van de mens verwacht.
Gods Engelen wachten al degenen op die steeds tijdens hun leven God op waardige wijze gediend hebben.
De Heer vraagt U om meer wederbegrip voor elkaar en de liefde voor elkander niet te verbreken. Want, als gij voornemens zijt te breken, zult gij Het Hart van Jezus Zelf treffen maar ook Dat van Uw Hemelse Moeder.
Wij zien velen bidden en zingen en horen de vragen om voor al Uw noden te willen bemiddelen. Verwacht echter niet dat God de Vader onmiddelijk klaar staat om U te geven naar wat U verlangt, evenmin als dat God voortdurend met een stokje zit te roeren of gij het wel verdient.
Heb vertrouwen in hetgeen waarin gij zo behoeftig naar zijt en het zal U allen welgevallen.
Laat U niet afschrikken door de grote rampen die deze wereld heden hebben bereikt, doch vertrouw er op dat gij allen gespaard zult blijven, als gij voor allen die liefde geeft die gij voor U zelve verlangt. Eens hebt gij hier plechtig beloofd Uw leven te beteren doch ook elders hebt gij gezegd deze waar te maken.
Niemand van U zal zonder Mijn bescherming hier het leven beeindigen. Daarom verwacht Ik dan ook dat gij doet waarom Ik U steeds vraag.
Hier vanaf deze plaats voel Ik hoe groot Uw liefde is voor Mij; vertrouw dan Mij ook alles toe waar gij zo’n moeite mee hebt. Want niet alleen vanuit de Hemel maar ook op aarde blijf Ik U bijstaan en helpen.
Bidt gij dan voor alle noden die de gehele wereld bevatten.
Maak U vanaf heden reeds klaar om te worden opgenomen als gij daartoe én daarnaar geleefd mocht hebben.
Vol liefde blijf Ik allen steeds bemoedigen, niets prijs te geven wat de Heer zo aangenaam zou zijn.
Altijd zult gij Mijn bijzijn van dichtbij mogen voelen en waar meerderen bij elkaar zijn, om hun harten uit te storten voor de Almachtige God, zal ook Uw Moeder U blijven helpen, datgenen te bekomen; om daarmee de Hemel te kunnen verdienen.
Reeds van den beginne heeft God U voorbestemd tot waartoe gij U het meest geroepen voelde. De ene als Herder van de Schapen van Zijn Heer, de andere vindt zegen en rust bij hun dierbaren hetzij man, vrouw of kinderen.
Doch ook zij, die deze taken niet hebben te vervullen, zijn de door God geroepenen.
Geef daarom dat gij met uw taak het licht zult brengen onder de Uwen; want allen zijt gij toch broeders en zusters van elkaar. Besef wel dat gij uw verplichtingen hebt om uw medemensen te helpen, God te vinden.
Als gij daarom de liefde tot elkander hoog houdt kunt gij niet afdwalen om wederkerig deze terug te schenken aan allen die gij tegen komt.
Moge God U allen blijven begeleiden door middel van Zijn Moeder Die U steeds het goede voorhoudt !
Luister dan naar hetgeen Ik steeds U toefluister en zet Uw harten wijd open om Uw Moeder die plaats te geven welke de grootste warmte bevat.
Ik daarentegen zal U allen blijven behoeden voor de mogelijke aanvallen van Satan al voelt gij U vaak verlaten op deze wereld.
In Mijn Moederarmen wil Ik U nu sluiten door Mijn Zegen te geven tegelijk met Mijn Priesterzoon. Kniel dan nu !
Moge dan door de Zegen van de Almachtige God alle genade over U komen en zeg tesamen met Mijn Zoon : + Zegenen U de Almachtige God, Vader, Zoon en H.Geest !
Bidt vaak het rozenkransgebed in het bijzonder om nieuwe priesters en voor hen, die deze roeping bezitten, ook hun ambt trouw te zullen blijven.
Ik groet en dank U. dag kinderen !

Aanmelden voor de nieuwsbrief