10 maart 1985 – 14.25

Weest niet bevreesd Mijn kinderen, dat gij niet waardig zoudt zijn, dat de Moeder van Uwen Heer tot je komt.
Gij vertrouwt uw leven toe aan het woord van een mens, wiens kennis en wetenschap gij eerbiedigt en gij zoudt u niet onvoorwaardelijk voor tijd en eeuwigheid aan Jezus geven, die Zijn laatste Bloeddruppelen Zijns Harte voor uwe zaligheid vergoot aan het Kruis ?
Toont gij nog wel voldoende eerbied voor Het Allerheiligste Sacrament ?
Gij meent met recht hierop “ja” te kunnen antwoorden ? Zijt ge u ervan bewust, dat het nederig kloppen op uw hart bij de meesten ontbreekt ?
Bij de aanvang van de schuldbelijdenis tijdens het Kruisoffer hoort men 3x op de borst te kloppen om Hem nederig uw schuld te bekennen. Als men de woorden aanhoort bij het begin van het Evangelie, behoort men driemaal een kruisje te maken op voorhoofd, mond en borst. Evenals bij het uitspreken van “Lam Gods, Dat de zonden van de wereld wegneemt”, moet u op de borst kloppen om vergeving.
Waarom sluit men veelal de ogen tijdens het H.Misoffer en ziet men niet op naar Jezus’ Kruis op het Offeraltaar ?
“En het Woord is Vlees geworden”, van het gebed wat de Engel Mij voorhield, klopte Ik uit eerbied voor de Menswording van Mijn Zoon Jezus op de borst.
En zoudt gij, die in de H.Communie maar dan den Hemel ontvangen hebt, om de strijd des levens moedig te strijden en het gemis door smartelijke scheidingen veroorzaakt, geduldig te dragen ?
In de H.Communie stelt Jezus Zijn genadeschatten voor u open, put er overvloedig uit, maar vergeet niet, dat Hij Zich aan de mensen geeft naar de gesteltenis van hun harten.
Vindt Hij het vol aardse genegenheden of in een menigte verborgen gehechtheden aan alle kwade verlokkingen dezer wereld gewikkeld, dan deelt Hij Zich met terughoudendheid met een zekere karigheid mede.
Hij gevoelt Zich in deze woning waar Hij Zich niet vrij kan bewegen niet op Zijn plaats.
Vraag God om de H.Kerk, in het bijzonder de Paus, die een moeilijke weg te gaan heeft, evenals uw bisschoppen en de gehele geestelijkheid te hulp te komen. Dat Hij het werk beschermt der missionarissen en dat de afgedwaalde volken tot het ware geloof terugkeren. Er moet eenheid zijn, onderlinge hulpvaardigheid, hoogachting en waardering.
Men moet als het nodig is veel kunnen prijsgeven om dat ene kostbare Goed te handhaven : de vrede en de eensgezindheid.
“Dat gij elkander in liefde verdraagt met alle ootmoedigheid, zachtheid en geduld !”
Het is waar, dat gemeenzaamheid soms tot grotere eenheid leidt, maar gewoonlijk komen, als niet een gemeenschappelijke opvoeding van jaren is voorafgegaan, de verschillen des te sterker uit.
Dan is verdraagzaamheid een gebiedende eis; het is een achteruittreden voor anderen, het is anderen voorrang en voorrecht geven in woord zowel als in daad.
Er moet eenheid van geest zijn, d.w.z. eenheid in opvatting, in waardering.
Die eenheid van geest, die zich zowat in alles openbaart, tot in het kleinste en die zo moeilijk is vast te leggen, moet gij trachten te bewaren door de band van vrede. Want als er onderlinge vrede is, zijt ge ook voor elkaar toegankelijk.
Wat ontbreekt u vaak aan dit saamhorigheidsbesef, dat ontspringt aan uw Christelijke opvatting ?
De eenheid met Christus en Zijn volk kunt u nooit genoeg bevestigen. Maar u kunt ook nooit genoeg u in herinnering brengen en nooit genoeg bevestigen de eenheid met allen, die met u in Jezus Christus aan zijn, omdat gij leden zijt van Het Mystieke Lichaam.
In deze tijd is de mens veel voorzichtiger geworden met te zeggen: “Het is Gods Wil !” Deze uitspraak wordt vaak gebruikt bij de mensen als een rem op hun eigen verantwoordelijkheid, terwijl Gods Wil juist de eigen verantwoordelijkheid stimuleert.
Bij alle moeilijkheden, ziekten en noden moet gij rekenen op Gods hulp. Hij zal niet dulden, dat Zijn mensen beproefd worden boven hun krachten.
God is getrouw, Hij zal niet toelaten, dat gij boven uw krachten wordt bekoord, maar met de bekoring zal Hij ook het middel geven om ze te kunnen bestrijden.
Het Kruis en het lijden zijn de weg naar de eeuwige zaligheid, uw eeuwigdurend geluk.
Niet door Zijn wonderen, maar door Zijn Kruis, door Zijn onmenselijk Lijden, door Zijn dood, heeft Jezus Christus de wereld, dus u allen, willen verlossen.
Mijn kinderen, misschien denkt u te weinig, dat Jezus kwam om de zonden van de wereld weg te nemen, om u allen de genade terug te geven, d.w.z., u tot kinderen Gods te maken, maar vooral, dat Hij dit alles tot stand bracht ten koste van een onnoemelijk gruwelijk lijden en een harde dood.
Hij leed, omdat Hij lief had. Hij beminde Zijn Vader en Hij beminde u, ja elke mens, vandaar dat Hij alles voor u overhad om u te kunnen redden.
Leer daarom van de liefde die Hij u gaf !
Wie gaat niet gaarne mee naar de Olijfhof om van de Zoon Gods Zelf berusting te leren in Gods H.Wil. Om Zich te oefenen in overgave aan de Vader door het Goddelijk gebed : “Vader indien het mogelijk is, laat deze kelk aan Mij voorbijgaan, nochthans niet Mijn Wil, maar Uwen Wil geschiede !”
Herinnert gij u Zijn Bloedig Zweet, de leerlingen die in slaap raakten en Hem verlieten, de gevangenneming ?
Hij wordt gesleept van de ene rechter naar de andere, Hij wordt gegeseld en met doornen gekroond, Hij wordt veroordeeld.
Dit alles is u bekend, maar zo gauw vergeten. Maar wie liefheeft zal nadenken over dit nameloos wee, de allerbitterste eenzaamheid, de allergrootste in- en uitwendige verlatenheid.
Hij wordt achtergesteld bij een boosdoener, de moordenaar.
Wie de leer van het Kruis hebben gehoord en geloofd, wie het Kruis hebben gevolgd en bemind en de woorden van Hun Moeder durven aan te nemen, zullen Jezus’ Vrienden zijn en worden gered.
Wie het Kruis ontvlucht, vindt terstond een ander en kon men alle lijden en smarten ontlopen, men zou toch nog zichzelf bezitten en meer dan ooit zichzelf tot kruis worden.
Mijn dierbare kinderen, opnieuw vraag Ik u om toch de Kruisweg te willen gaan en met al Zijn Lijden te volgen, door het boekje met eerbied en aandacht te bidden. Mocht u te weinig tijd hebben, bidt dan tenminste 2 staties per dag, zodat ge toch iedere week Christus’ Lijden overweegt.
Bidt, bidt Mijn kinderen, want de Kerk is reeds lang op weg naar Haar afgang te gaan, want de geestelijkheid die Haar mede besturen, verzaken hun plicht die altijd bestaan heeft en blijven zal.
Zij hitsen hun schapen op naar een andere kooi te gaan die verlokkingen biedt.
Bidt voor hen die het ware geloof uitdragen, opdat zij standvastigheid zullen behouden.
Bidt, bidt Mijn kinderen, want de tijd komt naderbij, dat de oordeling zal komen over allen en als ge de zege niet behaalt, kunt ge vooral niet zeggen, dat Ik u onwetend liet.
Tesamen met de gezalfde Handen van Mijn Priesterzoon zal Ik u zegenen. Ga in vrede !

Aanmelden voor de nieuwsbrief