15 juni 1984 – 09.30

Mijn volk, Mijn volk, wat heb Ik u misdaan ?
Het bloed van uw kinderen roept naar Mij om wraak. Dit zouden vandaag de woorden kunnen zijn van Mijn Zoon, Uwen Broeder.
Dagelijks probeert gij door uw gebeden en uw goede werken de abortus provocatus te bestrijden, maar toch hebt u – misschien onbewust – er wel degelijk in toegestemd, dat de moordenaar vrij spel moet hebben.
Hoe kunt u beweren, dat het geen zin heeft om op te komen voor de Ridders God Met Ons ? Gij noemt het veeleer een totale versnippering om uw sein te richten naar deze strijders voor uw kinderen. Als gij meent te mogen behoren bij de strijdbare Christenen, hebt gij er toch nu enige schuld aan, om door die éne druppel rood te kleuren, het bloed mede te laten vloeien van de meest onschuldigen.
God met ons !
Hoe plaatst gij Zijn liefdevolle barmhartigheid, als gij de deur van uw eigen hart gesloten houdt voor Hem ? Heeft Hij geen recht meer op een beetje begrip uwerzijds ten opzichte van de meest weerloze mens, de ongeborene ? Wat heeft uw bidden voor waarde, als gij tekent om het bloed van deze kleinen over de aarde te laten neerkomen ? Het geringe aantal, dat het oog liet vallen naar de minst opvallende groep met bepaalde overtuiging, dat God met ons zal zijn, heeft – getekend om de handen van de vele moordenaars die onschuldig bloed blijven vergieten – de wrekende gerechtigheid getoond.
Weinige woorden wil Ik hierover nog verder uitweiden, maar weet wel, nu gij de kindermoordenaar door uw helpende hand met een overduidelijke ondertekening ter goedkeuring hebt aangeboden, het beter voor u ware geweest – en beslist voor de kleine onschuldigste mens – dat gij, voordat gij aan voetstap zoudt zetten tot de meest laffe daad die de wereld bezighoudt zonder los te laten, in volslagen bewusteloosheid waart beland.
Nu is het te laat, maar de enige Priesterzoon van uw land die in het openbaar opkomt voor deze mens-in-wording, zal zijn strijd onverminderd voortzetten. Thuis bidden is goed, maar dà t strijden onder de aandacht brengen met bidden en zingen, treft eens het hart van de moordenaar.
Vraag God om vergeving en het kleine wezentje, dat nu toch nog het leven zal moeten laten door de vele, bewust of onwetende goedkeuringen, dan zal God toch nog genadig zijn.
Zoekt gij den vrede, zie dan naar God en hen die Hem getrouwer zijn.

Aanmelden voor de nieuwsbrief